martijnenelise.reismee.nl

Salzburg

De eerste nacht werden we gewekt om 6 uur ‘s ochtends door 10 afgevuurde kanonskogels. Eerst denk je… iets met lawines…dan besef je…het is hoogzomer.

Uiteindelijk blijkt het om een traditie hier in Beieren te gaan die heel ver teruggaat. Bij elke gelegenheid die er maar te verzinnen is gaan ze lekker van zich af schieten en fanfareren.

Ik kan me niet voorstellen dat ik de enige was in de stad met een chagrijnige bakkes in bed.

Maar vanmorgen hadden we een andere reden om al om halfzeven gewekt te worden nl. onze zelf gezette wekkers vanwege het plan om naar de Königsee te gaan. Dé toeristische trekpleister van deze omgeving. Eentje waar duizenden en duizenden mensen op afkomen en waarvoor je dus vroeg uit de veren moet om de drommen voor te blijven. Het werd Salzburg.

Hoe dat zo kwam? De weer apps gaven allemaal verschillende berichten: van een dikke 9 met prachtig zonnig mooi weer tot onweer en regen. Ik heb het eerste half uur als een dolle liggen surfen op het web tot ik er scheel van zag. Een maal buiten met mijn havermoutpapje met banaan vond ik de lucht erg ontmoedigend en dus besloten we naar de vier na grootste stad van Oostenrijk te gaan met het openbaar vervoer.

De bus deed er 40 minuten over en na een stuk of tien stops stonden we hartje Salzburg. Het was kwart voor 9 en de zon scheen er volop. Op een veel te duur terras werden we eindelijk wakker met een heerlijk bakje koffie.

Uiteraard werd er geslenterd door de stad, langs het geburtshaus én woonhuis van Mozart en werd er vanaf een terras gekeken naar grote groepen toeristen die achter een man of vrouw met een paraplu aansjokten in bijzonder bontgekleurde outfits. Ook zagen we dat erg veel mensen de stad beleefden via een selfiestick en een telefoonscherm. We bezuinigden op de lunch met een broodje ‘op de hand’ in het park van Slot Mirabel. We vergaapten ons aan het uitzicht vanaf de vesting Hohen Salzburg. We liepen door het museum in de vesting, maar waren niet heel erg geboeid.

Er werd tenslotte natuurlijk een kaarsje gebrand in de Dom en na 4 uur stadsplezier verlangden we alweer terug naar de rust en de groene almen.

Vakantie Berchtesgaden en Lesachtal

Onze eerste bestemming deze vakantie is Berchtesgaden in Zuid Duitsland.

Een locatie die regelmatig opduikt in reisgidsen en websites en lijstjes met ‘mooiste plekjes in Europa’. Het moest er nu eindelijk maar eens van komen.

De tweede week gaan we verblijven in Maria Luggau in het Lesachtal. Op dit vakantieadres stuitten we per toeval omdat we een voor ons nieuw gebied zochten in Oostenrijk.

We moeten ruim 900 km tuffen om bij ons kleine knusse appartementje in de stad te komen op een door de ANWB voorspelde behoorlijk drukke zaterdag. Voor het eerst dan maar om 3 uur op en kwart voor 4 vertrekken ’s nachts. Mijn hemel wat vroeg. Uiteraard niet geheel fileloos, maar toch redelijk voorspoedig arriveren we om 13:30 uur in Berchtesgaden. Het binnenplaatsje van onze accommodatie is ietwat ongezellig en rommelig om te zitten, maar vanuit de binnenplaats kunnen we het Adelaarsnest zien liggen ver boven ons. Binnen in het appartement is het allemaal heel comfortabel.

Bovendien zijn we met een klein kwartier lopen al in het centrum om daar gelijk het terras op te duiken. Het zonnetje schijnt vrolijk op het gezellige pleintje voor ons. Het is pas 16.00 uur maar toch bestellen we een Wienerschnitzel en een pizza. Voor ons is het immers gevoelsmatig al 7 uur s avonds.

Kijk en daarom hou ik zo van Duitsland…. Je kunt er op elk moment van de dag een warme maaltijd krijgen.

Na een nachtrust van 11 uur gaan we deze heerlijke eerste echte vakantiedag de Kneifelspitze beklimmen. Deze kleine berg is slechts 1189 meter hoog maar beslist een aanrader volgens de aardige tjechische gastvrouw.

De bekendere toeristische attracties bewaren we voor na het weekend.

Binnen 10 minuten staan we op de parkeerplaats bij Maria Gern, een piepklein plaatsje in een groene vallei met een schattig roze kerkje. Vanaf hier is het almaar omhoog langs almen en door bossen. Het zweet gutst ons langs de rug. Gelukkig is het vandaag niet al te warm, maar het blijft flink zweten die 800 hoogtemeters. We passeren een paar koeien en een geit die onverstoorbaar door grazen. Voor ons loopt een vader met een kind in een draagrugtas. Het kalfje kijkt bevreemd op. Je ziet um denken volgens Martijn: ‘Waarom zit ík eigenlijk niet in een rugtas?’

Ik heb er gelijk een beeld bij.

Na ruim anderhalf uur zijn we op de top van de Kneifelspitze beland. We genieten van het uitzicht op de bergen rondom ons en strijken neer op het terras voor de lunch. Het is een tikje fris dus we ritsen onze jassen aan en doen ons tegoed aan een Bayerische wurstsalade en pflaumenkuchen. Niet slecht voor een eerste dag.

Dan keren we weer terug naar Maria Gern. Dit valt niet mee. Het pad is vrij steil en onze benen zwabberen een beetje, maar met een uur zijn we weer beneden met een paar pijnlijke knieën onder de bovenbenen. Gelukkig is er een leuke stube met terras, waar we een bakje koffie kunnen drinken.

Eenmaal ‘thuis’ wacht een warme douche, een zelfgemaakte pasta en een Homeland seizoen 7.

Tot morgen!

Brantwood house, John Ruskin

Door al het wandelen met 1 stok en dus toch een verkeerde houding, is het me gisteren ongelooflijk in de rug geschoten. Ik kan mijn nek nauwelijks bewegen.

Maar van stilzitten is nog nooit iemand beter geworden dus heel voorzichtig gaan we vandaag toch maar op pad.

Vanuit het huisje lopen we langs het meer door de weilanden al laverend tussen de koeienflatsen naar Brantwood house waar John Ruskin heeft gewoond. Eerst genieten we van onze welverdiende koffie en thee met een typisch engelse treat. Het uitzicht vanaf het terras op Coniston Lake en de bergen is wonderschoon. Kleine roodborstjes vliegen vanaf de bloeiende Latherus naar de rand van onze tafel ‘begging for scone’.

Daarna bezoeken we het landhuis van deze intrigerende man die leefde van 1819 tot 1900.

Eén van zijn beroemdste quotes: ‘There is no wealth but life’.

Het is bijzonder om in de eetkamer te staan en je voor te stellen dat Charles Darwin hier bij het raam zijn glas heeft geheven naar John Ruskin. Door het kijken naar een korte film over het leven van Ruskin krijgen we geschiedenisles, wat ook wel nodig blijkt, want wat weten we weinig over deze kunstcriticus, sociaalcriticus, schrijver, dichter en aquarellist.

‘The greatest thing a human soul ever does in this world is to see something, and will tell what it saw in a plain way.

Hundreds of people can talk for one who can think, but thousands can think for one who can see.

To see clearly is poetry, prophecy and religion, all in one.

John Ruskin

Het is een mooie afsluiting van onze week in het Lake District.

Zaterdag rijden we naar Colchester, een rit van zo’n 6 uur in de auto. Deze oudst geregistreerde stad van Engeland heeft een goede sfeer. We slenteren door het centrum en het kasteelpark en pakken een terrasje. We verwennen onszelf met heerlijk mexicaans eten en dan zit het er echt op. Zondag varen we weer naar huis. Bedankt voor het meereizen allemaal!

We kijken terug op een superfijne vakantie.









Mooi weer in Coniston

Het is de mooiste dag van de week en wat doen wij? Uitslapen! We zijn niet vooruit te branden, maar vinden dat we er wel op uit moeten.

Na de brunch vliegen we op de fiets over het asfalt naar Coniston. Voor het uitzoeken van leuke wandelingen gebruiken we Viewranger. De bediening van de app is niet zo intuïtief, maar er staan wel mooie routes in om te downloaden. We zien heel veel mensen the old man of Coniston opwandelen. De top van de berg ligt op ruim 800 meter, maar wij blijven op zo’n 450 meter steken als we de bergen intrekken langs de coppermines. Het eerste stuk is vrij simpel over breden paden met voor ons de majestueuze bergen. Dan wordt het pad steeds smaller en voor we het weten klimmen we met handen en voeten omhoog naar een waterval. Martijn vult onze waterfles met het water dat van de berg af raast. Het smaakt beter dan het chloorwater in Coniston. Het vervolg van de route gaat langs de berg over een vrij smal pad met flink veel stenen en diepe afstappen. Omdat we met de fiets zijn gekomen heb ik geen wandelstok bij me en moet het doen met wat hulp van Martijn. Soms is het pad begroeid met gras en stap ik zonder moeite door, maar op andere punten is de route erg smal vol grote en kleine stenen en de diepte naast me behoorlijk. We doen het heel rustig en ik blijf af en toe gewoon naar beneden kijken. Beste tip ooit tegen hoogtevrees: blijven kijken!Na 2,5 uur staan we moe maar voldaan weer in het dorp en duiken de pub in voor een biertje.

Hawkshead, Lake district

Het water smaakt hier naar het Sportfondsenbad, maar als je het gekookt hebt is de ergste geur en smaak er wel af. We vullen onze waterflessen daarom met gekookt water en hopen dat onze zwemprestaties daardoor vanzelf verbeteren.

Halverwege de ochtend rijden we naar Hawkshead. Dit typisch engelse dorp was het geboortedorp van Beatrice Potter of ze heeft hier gewoond of zo ik weet het eigenlijk niet. Er staat een galerie met haar naam erop en er wordt in het hele dorp van alles verkocht van haar creatie Peter rabbit. Ik moet eerlijk bekennen ik heb iets meer met die andere Engelse ‘Potter’. Het dorp is tevens ons startpunt van een rondwandeling door het bos naar Latterbarrow.

Het eerste stuk gaat gestaag omhoog voor zo’n 4 km, waarbij het pad tevens diens doet als afwatering. Gelukkig zijn onze schoenen redelijk waterdicht. Links van ons is een nieuw kerstbomen bos gepland en rechts is het bos gevuld met gigantische sparren begroeid met mos. Op een t-splitsing komen we voor het eerst andere mensen tegen, waarmee we een gezellig praatje hebben. Ze waren bijna de verkeerde kant op gelopen dus onze ontmoeting kwam hun ook goed uit. Een offline kaart op je iPhone hebben is geen overbodige luxe blijkt wel, want zij hadden een A4tje met wat summiere tekst en een heel onduidelijk getekende route.Het pad wordt steeds ruiger en begroeider en ik ben blij met mijn wandelstok. Terwijl ik geconcentreerd het pad afdaal duikt er voor mij een man op..... ‘Livingstone, I presume?’ zegt ie heel droog en ik schiet in de lach. Ook dit Engelse stel is blij dat er toch nog wat mensen rondwandelen. ‘Watch out for the snake down there’ zegt de grapjas, als we weer onze weg vervolgen.Weldra komen we op het hoogste punt van onze wandeling op ca. 240 meter hoogte en krijgen een prachtig panorama te zien van de bergen rondom ons. Lake Windermere strekt zich uit als een zilveren spiegel in het landschap. De lucht ziet er dreigend uit, maar het blijft gelukkig de hele dag droog. Prima weer om te wandelen, want het is warm zat met al dat geklim. We gaan nu echter een stuk dalen en niet zo zuinig ook. De heenweg was een gestage klim van een aantal kilometers, maar de afdaling gaat vrij snel over een ongelooflijk steil graspad. We doen het voetje voor voetje want je wilt hier niet op je kont naar beneden.Het laatste stuk van de route voert zo het dorp in langs mooie cottages en bloemige weiden met grazende schapen. ‘The hills are alive with the sound of music’ zing ik uit volle borst. Ik ga me toch maar bij dat groepje van een paar dagen geleden aanmelden.

In Hawkshead vinden we een prachtige tearoom waar we buiten op het terras genieten van scones met clotted cream, aardbeienjam en een potje earl grey tea.Na een kleine wandeling door het schattige dorpje met vakwerkhuizen zijn we het struikelen over al die toeristen zat en besluiten terug te gaan naar onze auto.Als het goed is is onze kentekenplaat met camera’s geregistreerd en kun je betalen door je kenteken in te voeren in de parkeerautomaat. Ons kenteken wordt echter niet herkend. Of het komt doordat we een buitenlands kenteken hebben, of optie nummer twee omdat Martijn per abuis de parkeerplaats opreed via de rechterbaan ipv de linker. We gokken er maar op dat we straks het land uit mogen zonder betaald te hebben.

’s Avonds eten we bij Steam bistro, volgens tripadvisor het beste restaurant van de omgeving. Nog voor we er gegeten hebben reserveren we vast voor aankomende vrijdag met de opmerking: ‘that we might cancel the reservation if they don’t deliver.’ Maar gelukkig is het eten fantastisch. Sizzles eat your heart out. Het vlees is zo ongelooflijk mals en sappig en de kruiden zijn gewoon zalig. Wat boffen wij dat we vrijdag weer mogen. Vooral als we zien hoeveel mensen binnen wandelen zonder reservering en teleurgesteld worden.Ze hebben het ‘bring your own bottle’ principe omdat ze geen dranklicentie hebben. Dit is hier vrij gewoon. Wij slobberen daarom samen een complete Chileense Riesling uit de supermarkt naar binnen en stappen een tikje teut weer op onze fiets naar ‘huis’.

Top Gun

Wat doe je als je je benen een beetje rust wilt gunnen? Juist! Je gaat winkelen in Keswick een stadje op ca. 1 uur rijden van onze cottage.De windy road voert ons langs meren en door steeds ruiger wordend landschap. We genieten in stilte tot we ineens een enorm kabaal horen. Een seconde later verschijnt recht boven ons hoofd een straaljager die voor onze ogen een halve slag draait en zijwaarts tussen twee bergen door vliegt. Het is niet uit te leggen zo spectaculair. ‘Zoooo dichtbij!!’ roept Martijn. ‘Ja, ik kon hem zo uit de lucht plukken!!!’ , antwoord ik met de verbazing nog op mijn gezicht. Nooit eerder hebben we een straaljager zo laag zien vliegen en zo’n manoeuvre zien maken. Topgun is er niets bij.Enfin dit is dan ook gelijk het meest noemenswaardige van deze dag. We drinken in Keswick een bakje koffie en thee in het zonnetje op het terras en lopen wat doelloos door de winkelstraten. Kopen allebei een nieuw shirtje en rijden weer terug naar Coniston. 's Avonds eten we thuis een salade en bakken een enorme stapel pannenkoeken en bereiden ons alvast psychisch voor op een hele dag regen.

We worden niet teleurgesteld dinsdag, want het komt met bakken uit de lucht. ‘Zullen we tussen de middag warm eten?' vraag ik. ‘Dan heb ik gelijk iets te doen namelijk.’ Ik rooster drie paprika’s in de oven en bij gebrek aan bakpapier lig ik vervolgens een half uur later op mijn knieën met mijn hoofd in de oven vol stress de bodem te boenen. Had ik dat thuis ook maar steeds zo consequent gedaan, want de zwarte aanbak plekken, verdwijnen als sneeuw voor de zon. Ok terug naar mijn improvisatie maal, want ik heb geen saus in huis dus de geroosterde paprika’s samen met 6 ontvelde minitomaatjes staan ca. 45 minuten te pruttelen. Ik smoor twee preien met knoflook en zout en peper en kook wat rijst in kippenbouillon. Als laatste gaat de sirloin steak in de pan voor 90 sec. aan elke kant en dan is het tijd om alles op de borden te kwakken. We wanen ons in zuid europa met zo’n lunch. Je vergeet zowaar dat het cats and dogs regent.

De middag brengen we door in Ambleside een mooi stadje met Victoriaanse huizen en meer dan 10 outdoorwinkels, die we allemaal hebben bezocht.We hebben nergens ter wereld zoveel wandelaars zien rondlopen als hier in het Lake District. Het is gewoon een plaag.

Als je dan tenslotte ’s avonds door de schattige kleine raampjes van de cottage naar binnen gluurt zie je twee mensen weggezakt in de bank met een bakje thee in de ene en een spannende thriller in de andere hand. Engelser wordt het niet.

Tarn Hows, Lake District

Wat een heerlijk bed, ik draai me nog even om.Als ik na een regendouche weer fris en fruitig de trap af wandel zie ik dat Martijn de tafel gezellig heeft gedekt. Ik kan zo aanschuiven.We hebben nog geen haast om te vertrekken. Na het ontbijt gaan we nog even rustig lezen in de luie zitbank met een kopje koffie en thee.

Pas tegen half 12 gaan we op pad. Vanuit onze cottage kunnen we na een korte wandeling zo de bloemenweiden inlopen. Het gaat gestaag omhoog tot we door een mooi bos wandelen. Als we in de buurt van het meer komen roep ik ‘Pas op! ‘Hoezo?’ hoor ik droog naast me terwijl voor ons de weg bijna niet meer te zien is van de schapendrollen. En dan uiteindelijk krijgen we zicht op Tarn Hows, een prachtig idyllisch meer met waterlelies. Vanaf een hoge rots hebben we een fantastisch uitzicht op de omliggende ‘bergen’. Een groepje oudere jongeren heeft er een picknick. Een van de dames vraagt hoeveel mijl we lopen. Ik vergis me en roep 13 dus ze schrikt zich rot. Martijn legt uit dat dat in kilometers is. Nou zij wandelen in miles en maar kleine stukjes, want ze doen alles altijd zingend legt ze uit en grijnst er breeduit bij. Ze biedt aan om een foto van ons te maken. Al balancerend op de rots hoop ik dat mijn mobieltje niet uit haar handen glijdt, maar het gaat goed.

Helaas is het vrij druk rond het meer dus we duiken het gebied erachter in. Martijn heeft een leuke route op de kaart gevonden die alleen via een houten opstapje in het hek te bereiken is. We zakken zowat tot onze enkels in de modder en overal liggen verse koeien vlaaien. Het pad is ook nauwelijks zichtbaar. Ik heb gelijk visioenen van een woeste stier die op ons af komt stormen en wil al weer teruggaan, maar ik geef mezelf toch maar een denkbeeldige schop onder de kont. Geen bull te zien, maar wel een stukje ongerepte natuur met weidse uitzichten tot aan Lake Windermere.

Het is vandaag bewolkt, maar af en toe piept de zon er heel even door voor een prachtig schouwspel van schaduw en licht op de bergen om ons heen.We zijn nu zo’n 6 km onderweg en het is af en toe flink klimmen. ‘Tijd om terug te gaan Gandalf the grey’, zegt Martijn. Ik weet niet of dit op mijn stok slaat of op mijn grijze haren.We zijn 12 km en 5 uur verder als we de sleutel in het slot steken van onze cosy cottage. Op het bankje in de tuin nippen we van een bakje thee terwijl onze blote voeten zich laven aan het zonnetje.

'S Avonds fietsen we naar Coniston voor een maaltje in de pub. Worst gemaakt van wild in een Yorkshire pudding met aardappelpuree en jus voor Martijn en ik ga voor de magere variant van kabeljauw met salade en gebakken aardappeltjes. De sticky toffee pudding en een kaasplankje zijn samen een mooi afsluiter van een heerlijke dag in het Lake District.

Bekende nederlanders

Zo daar zitten we dan in onze Forest Cottage, geen internet en geen mobiel netwerk, maar wel een luxe badkamer mét bad, woonkamer en keuken met vloerverwarming, giga veel ruimte en gewoon twee verdiepingen. We slapen boven. Wil iemand langskomen? Kan hoor.... er is nog een spare room.Vanmiddag hebben we de eerste wandeling naar Coniston gemaakt, zo’n 25 minuten lopen. Er zijn drie kleine supermarktjes en een kleine outdoor winkel die we gelijk even verkend hebben. Verder wat souvenirshops, een bakker en belangrijker: voldoende pubs en restaurants om ons een week in leven te houden.We besluiten de tijd te doden in de pub tot het kleine Indiase restaurant open is. Het is rete gezellig in de pub. Martijn zit weer aan een groot glas ale en ik zoals gebruikelijk aan een kannetje thee. De Radler heeft zijn intrede nog niet gedaan vermoed ik. We hebben daarna nog even tijd om te biechten in het kleine kerkje aan de doorgaande weg. Vervolgens boeken we een tafel bij het beste restaurant van Coniston (Steam bistro) voor aankomende woensdag, de eerste mogelijkheid en dan eindelijk is het half zes. Best vroeg, maar het loopt al storm zien we.We krijgen een beetje een gek tafeltje toegewezen en hadden liever bij het raam gezeten, maar we vermoeden dat alles al gereserveerd is. Dat blijkt achteraf niet het geval. Ineens loopt een man de verkeerde kant op voor het toilet. ‘Its this way’ roept de ober en wijst waar hij naartoe moet. Als de man terugloopt kunnen hem beter zien. Hij mompelt ‘life is an adventure' met een grote smile. ‘Hee ik ken jou’ roept Martijn, maar de man loopt door. ‘Dat was toch Dobias van jouw werk?’, zegt Martijn. ‘Nee joh dat was Bastiaan Ragas volgens mij’. Hij heeft roder haar dan ik dacht..... ik twijfel wel. Wij oren gespitst want deze mensen zitten dus wel bij het raam verdorie, maar achter een schot dus we kunnen ze niet zien. Hoor ik nou de stem van Tooske?....volgens mij wel. Er zijn geen kinderen bij. Iemand vraagt, ‘wat is de spannendste plek waar je het hebt gedaan buiten’. Het antwoord kan ik niet goed verstaan. Dan komt ons eten. Heerlijke kip tikka in romige zoete curry en lam Bhuna met rijst, nan en een spinaziegerechtje. Zalig, we smullen er echt van. Als we gaan betalen kunnen we onze nieuwsgierigheid niet bedwingen en kijken opzij en inderdaad: Bastiaan en Tooske zitten met de rug naar ons toe te eten met een ander stel. Als we buiten langs het raam lopen gaan we ze uitgebreid aan staan gapen en trekken hele gekke bekken..... nee joh je kent ons toch.Maar goed, zaten we om drie uur nog in het zonnetje bij onze cottage, nu moeten we toch echt door de stromende regen terug naar huis lopen. Graeme zei vanmorgen nog tegen ons ‘gaan jullie naar het Lake District? oh Lord, you must like the rain’. Nou wij laten ons lekker niet ontmoedigen. Morgen staat weer een mooie wandeling op het programma naar Tarn Hows.